Een plaats om te kijken, een plaats om te denken
Het theater in Epidaurus
Het woord 'theater' komt van het Griekse theatron, een plaats om te contempleren, een combinatie van zien en denken. In het klassieke Griekenland waren theaters plaatsen om een voorstelling te overwegen tijdens de festivals die het leven van de stad opschortten.
In Athene stonden de Grote Dionysiacs gedurende zes dagen centraal in het leven van de polis (stad). Deze vonden drie keer per jaar plaats: de Grote Dionysiacs in het voorjaar, de Leneas in januari en de Boeren Dionysiacs in december. De festivals omvatten een processie en opvoeringen van poëzie, muziek en zang, en op de laatste drie dagen opvoeringen van drie tragedies in de ochtend en een komedie in de middag. Het festival was sterk georganiseerd: de toneelstukken werden aan het begin van het evenement geselecteerd en er werden juryleden gekozen om de prijzen toe te kennen. De stad verplichtte de rijke burgers o op te treden als choregos, die het koor instrueerden. Wanneer de polis rijk was, had iedereen gratis toegang tot het theater; waneer dat niet kon worden betaald, was er subsidie voor de armere burgers. Er werden prijzen uitgereikt voor de choregos, voor de dichter (schrijver) en voor de hoofdrolspeler. De festivals waren niet alleen amusement; ze werden gezien als een manier om na te denken en te praten over morele en politieke kwesties, en ook als middel om patiënten te genezen, aangezien men geloofde dat het bijwonen van dramatische voorstellingen positieve effecten had op de geestelijke en lichamelijke gezondheid.
Het theater van Epidaurus (Q7830), gebouwd rond 350 v.C., wordt sinds de oudheid beschouwd als het mooiste theater van het klassieke Griekenland. Het theater wordt toegeschreven aan de architect Polykleitos (Q30025) en volgt de karakteristieke driedelige structuur van klassieke Griekse theaters: theatron (auditorium), orchestra (het speelgedeelte) en skene (een structuur aan de achterkant van het podium).
Het auditorium is ingebed in de zijkant van een heuvel en ligt in een boog rond het cirkelvormige orchestra. Het onderste deel van de zaal is verdeeld in 12 wigvormige secties, het bovenste in 22 secties. Een loopbrug scheidt het bovenste en onderste deel van de zaal. De rij het dichtst bij het orchestra was gereserveerd voor de ereplaatsen. De indeling van de zaal en het orkest werd zorgvuldig ontworpen met het oog op een optimale akoestiek en zichtlijnen, zodat de 13.000 tot 14.000 toeschouwers konden zien en horen.
Het orchestra, de ruimte voor het koor, is een volledige cirkel met een diamter van 20m. In het midden bevindt zich een ronde steen, waarschijnlijk de plaats van een klein altaar of thymele. Tegenover de zaal en achter het orkest staat het toneelgebouw van het theater, de skene. De vroegste skene was een tijdelijke structuur (het woord skene is afgeleid van het Griekse woord voor tent) om een achtergrond te bieden en de acteurs te verbergen die van kostuum veranderden. De permanente skene in Epidaurus, gebouwd van steen, werd in twee fasen gebouwd: de eerste aan het eind van de 4de eeuw v.C. en de tweede in het middel van de 2de eeuw v.C. Het formaat van de skene uit de latere periode bestond uit een gebouw met twee verdiepingen en het proscenium - een verhoogd toneelgedeelte tussen het orchestra en de skene. Er was een zuilengalerij aan de voorkant van het proscenium, en aan beide zijden van de skene stak het gebouw naar voren uit, waardoor vleugels werden gevormd. Twee kleine rechthoekige kamers aan weerszijden boden ruimte aan de artiesten als ze niet op het toneel stonden. Twee hellingen leiden naar het dak van het proscenium, het logeion, waar de acteurs ook konden optreden.
Het theater van Epidaurus was het resultaat van een geleidelijke evolutie in het ontwerp van de voorstellingsruimte in de Griekse oudheid, over een periode van enkele honderden jaren. In de 5e eeuw voor Christus, toen de tragedies van Aeschylus werden opgevoerd, was het theatergebouw eenvoudig, zonder sokkel. Later, misschien ingegeven door een publieke belangstelling voor zowel spektakel als drama, werd de skene gebouwd en later uitgebreid. Sommige commentatoren hebben opgemerkt dat juist wanneer de toneelstukken middelmatig zijn, het gebouw wordt geperfectioneerd!
Tegenwoordig trekt het theater van Epidaurus een groot aantal Griekse en buitenlandse bezoekers en wordt het opnieuw gebruikt voor de opvoering van toneelstukken. De eerste moderne voorstelling die in het theater plaatsvond was de tragedie Electra van Sophocles in 1938, en vanaf 1955 waren er jaarlijkse voorstellingen van antiek drama. Het Epidaurus Festival gaat nu elk jaar door tijdens de zomermaanden.
2300 jaar geleden investeerden de inwoners van de steden in het oude Griekenland aanzienlijke middelen om theaters te bouwen en voorstellingen te geven die door alle burgers konden worden bijgewoond. Het formaat werd gedurende verschillende eeuwen ontwikkeld en verfijnd, met als resultaat een ruimte waar duizenden mensen de voorstelling konden horen, bekijken en overdenken. De Grieken creëerden het sjabloon voor elk westers theater: een plaats voor zien en overdenken, waar een samenleving zichzelf kan zien opvoeren.